Mijn naam is Lilian van Amelsvoort en samen met mijn man delen wij ons huis met Noa, een Berner Sennenhond van bijna 7 jaar oud. Veel wijkbewoners hebben ons vast weleens door de wijk zien lopen. Wij kregen Noa als pup en zijn na de puppycursus nooit meer weggegaan bij de hondenschool. Ik vond de lessen zo leuk dat ik me ruim 2,5 jaar geleden heb aangemeld als hulptrainer. Sinds augustus 2021 ben ik volledig gediplomeerd hondentrainer. Elke zaterdagochtend verzorg ik met heel veel plezier opvoedingslessen aan cursisten met puppy’s en puberhonden: geweldig vrijwilligerswerk! Ik vind het leuk om mijn kennis te delen en zal daarom regelmatig een stukje over honden schrijven op deze website. Voor liefhebbers met honden, maar ook voor mensen die er juist bang voor zijn.

Een nieuwe hond in huis

Honden zijn trouwe dieren die echt onderdeel uitmaken van je gezin. Je moet er goed voor zorgen en ze ook goed opvoeden; je wilt natuurlijk niet dat de buurt last heeft van jouw lieve maatje. Honden zijn sociale dieren die graag in de buurt van hun baasjes zijn. Zij beschouwen alle huisgenoten als hun gezin. Als je een hond in huis krijgt, kun je hem niet zomaar ineens alleen thuis laten. De eerste twee weken moet hij echt wennen aan zijn nieuwe omgeving en vertrouwen in zijn baasjes krijgen. Vroeger zeiden ze dat je een pup vanaf het begin alleen moest laten slapen, ook als hij jankt en piept. Tegenwoordig is er veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar het gedrag van honden en weten we dat het echt niet slim is om een huilende pup aan zijn lot over te laten. Dan kan hij verlatingsangst ontwikkelen en dat gaat niet zomaar weer over. Zorg dus dat hij de eerste tijd in de buurt van één van de huisgenoten slaapt, zodat hij zich niet eenzaam voelt. Voordeel hiervan is dat je hoort wanneer hij moet plassen en dan kun je hem snel naar buiten brengen en zijn behoefte laten doen. Op die manier zijn ze vaak heel snel zindelijk. Als hij al een paar nachten lekker rustig slaapt, kun je hem wat verder weg laten slapen, zodat hij je nog wel hoort. Vaak kun je hem al binnen een week alleen op zijn eigen slaapplaats laten slapen.

Alert wandelen

Als je met je hond gaat wandelen, of het nu een pup is of een volwassen hond, wees dan altijd alert op de omgeving. Als jij druk aan het kletsen bent, of door je gsm wordt afgeleid, heb je niet in de gaten wat je hond onderweg allemaal opeet of dat hij per ongeluk op de bestrating zijn behoefte doet. Let ook op hoe andere mensen en kinderen reageren als jij hen tegemoet loopt met je hond. Als je ziet dat iemand bang is van honden, pak je hond dan kort aan de lijn en geef die ander de ruimte om te passeren. Angst voor honden is voor hondenliefhebbers misschien moeilijk voor te stellen, maar het is een angst die je echt serieus moet nemen en niet overgaat als jij zegt “Hij doet niets”.

Ben jij bang voor honden?

Misschien ben je ooit gebeten door een hond, of was je als kind al bang voor honden. Wat kun je dan het beste doen als je een hond tegenkomt? Wat in de praktijk het beste werkt, is dat je stil gaat staan en je handen omhoog houdt. Laat de hond met open handen zien dat je niets lekkers in je handen hebt. Niet in je zakken stoppen, want een hond denkt dan dat je een hondensnoepje uit je jaszak pakt en dan komt de hond zeker naar je toe. Door stil te gaan staan, wordt je veel minder interessant voor een hond. Vraag liefst rustig aan de baas of hij zijn hond bij zich roept. Verder zeg je niets en beweeg je zo min mogelijk. Het klinkt misschien heel raar, maar door te gaan gillen, schoppen of slaan naar een hond, wek je juist spelgedrag of agressie op bij de hond en dat wil je nu juist niet.

Hoe communiceren honden?

Honden spreken geen Nederlands, maar hondentaal. Naast geluiden, zoals blaffen, piepen en grommen, gebruiken zij vooral lichaamstaal. Met name aan de staart, de oren en de lichaamshouding van de hond kun je zien of hij blij, boos of angstig is. Bij honden met lange haren en lange oren is het wat moeilijker te zien, maar als je je hond eenmaal goed kent en veel naar hem gekeken hebt, kun je goed zien hoe hij zich voelt. Maakt hij zich klein, dan is hij waarschijnlijk bang of in ieder geval op zijn hoede. Draagt hij zijn staart normaal gesproken horizontaal of omhoog gericht en zie je dat hij ineens zijn staart tussen zijn achterpoten heeft hangen, dan is hij waarschijnlijk bang. Oren naar achteren is ook meestal een teken dat hij zich niet op zijn gemak voelt. Een hond die zich groot maakt, is juist heel zelfverzekerd en lijkt te zeggen: kom maar op als je durft! Hou je hond dan stevig vast en loop weg, want je wilt niet dat er ongelukken gebeuren.

Daarnaast zijn er heel veel (subtiele) signalen waarmee jouw hond aangeeft dat hij gestrest is. Het makkelijkst om te zien zijn: zich helemaal uitschudden terwijl hij niet nat is, gapen terwijl hij niet moe is, snel zijn tong een stukje uitsteken en weer terug in de bek of ineens stil gaan staan en één van zijn voorpoten opgetild houden. Zie je zulke signalen, kijk dan om je heen waar hij nerveus van kan zijn. Dwing hem daar niet naartoe. Neem liever afstand tot die bron van stress. Als je naar de dierenarts gaat, kan de hond ook stress ervaren, maar kun je niet weglopen. Geef hem dan steun door rustig tegen hem te praten en beloon hem met lekkers als hij dat wil. Een goede dierenarts zal een bange hond zelf ook rustig benaderen.

Dat was het voor deze keer. Mocht je vragen hebben over je hond, spreek me dan gerust aan op straat. Ik weet ook niet alles, maar ik kan je meestal wel op weg helpen.